Aziza en Marianne

 

Het is ruim 2 jaar geleden dat ik via Hans Holt in contact kwam met Aziza Abdulrahman. Na 36 jaar in het basisonderwijs te hebben gewerkt, wilde ik me graag nuttig maken door als taalcoach aan de slag te gaan. Vol goede moed ging ik de eerste keer naar haar toe. Hoewel Hans me had verteld dat Aziza analfabeet was, kon ik me niet voorstellen dat ik haar de basis van het lezen en schrijven en vooral het spreken van Nederlands niet bij zou kunnen brengen.

Aziza: Ik was blij dat ik een taalcoach kreeg. Alle aandacht was voor mij. Ik was wel bang dat het moeilijk zou worden. Ik was, jammer genoeg, nog nooit naar school geweest.

Die eerste keer waren ook haar dochters, Andera en Kawther aanwezig. Een paar leuke jonge vrouwen die het Nederlands al aardig onder de knie hadden. Met hen kon ik goed communiceren. Ik gaf aan dat het mij beter leek om alleen met Aziza te zijn als we aan het werk gingen. Anders was het te verleidelijk om haar dochters even snel iets te laten vertalen. We spraken af dat ik één middag in de week langs zou komen. Op dit moment ging Aziza ook nog 2 keer in de week naar Acceptus, waar zij taalles kreeg t.b.v. haar inburgeringsexamen. Ik wilde graag haar lesstof als uitgangspunt nemen voor de oefeningen.

Na een half jaar kreeg Aziza te horen dat zij na de kerstvakantie niet meer terug mocht komen bij Acceptus. Haar vorderingen waren te gering. Zij zou nooit een inburgeringsexamen kunnen halen. I.v.m. haar leeftijd (toen 58 jaar) werd er ontheffing voor haar aangevraagd. Die heeft zij ook gekregen. Omdat zij zelf heel graag wil leren, besloot ik om door te gaan met mijn bezoekjes.

Aziza: Het onderwijs in Nederland is meer voor mensen die al kunnen lezen en schrijven. Ik had te veel tijd nodig.

M.b.v. prentenboeken, leesspelletjes en een letterdoos gingen we stug door. Het leren van eenvoudige zelfstandige naamwoorden lukte aardig. Ook het lezen van éénlettergrepige woorden (MKM: medeklinker-klinker-medeklinker) ging haar redelijk goed af…..Totdat ik erachter kwam dat zij alles uit haar hoofd leerde. Bij eenvoudige wisselrijtjes (denk aan: boom-boot-boos-boon) had zij steeds veel hulp nodig.

Aziza: Ik heb veel gezondheidsproblemen. Daardoor kom ik er niet toe om te oefenen. Ik ben altijd blij als Marianne komt. Ik leer van haar hoe het in Nederland gaat. Het geeft ook afleiding.

Inmiddels ben ik een ervaring rijker en een illusie armer. Wat is het een enorme opgave voor een (nu 60-jarige) vrouw om een nieuwe taal te leren, terwijl je geen houvast hebt aan een moedertaal die je kunt lezen en schrijven. Daar komt bij dat haar hoofd en hart vaak bij andere zaken zijn dan het leren van een taal. We kunnen, met de beperkte woordenschat die ze heeft, foto’s en plaatjes van Google afbeeldingen, een beetje communiceren. Als ik zeker wil weten of ze iets begrepen heeft, stuur ik nog steeds een WhatsApp bericht aan Andera.

Ik ga nog steeds naar Aziza. Ze is een hartelijke vrouw die me elke keer het gevoel geeft dat ze heel blij is me te zien. Samen thee drinken, een beetje kletsen maar ook nog steeds blijven oefenen. We geven niet op!